Een tekst bestaat uit verschillende alinea's. Die vormen samen een geheel, die staan dus niet zomaar achter elkaar. Het geheel wordt gevormd door verbanden. Die verbanden sluiten de alinea's op elkaar aan. Hiervoor heb je verschillende signaalwoorden voor nodig. Een signaalwoord is ook wel een verbindingswoord.
Bekijk de theorie over de volgende tekstverbanden: chronologisch, opsommend, tegenstellend en toelichtend(uitleggend). Heb je deze goed doorgenomen? Dan bekijk je de theorie over de andere tekstverbanden: oorzakelijk, redengevend, voorwaardelijk, concluderend.
Chronologisch, opsommend, tegenstellend, toelichtend(uitleggend)
Oorzakelijk, concluderend, redengevend, voorwaardelijk
Prezi verbanden |